Ontvolking vormt een grote uitdaging voor de hele EU, maar het cohesiebeleid biedt een oplossing. Door te investeren in gebieden als bouw, vervoer, energie, digitale en sociale infrastructuur wil het ons leven verbeteren.
In mijn thuisland Roemenië worstelen regio's als de Apuseni- en Banat-gebergten en de Donaudelta met de dringende uitdaging van aanzienlijke vergrijzing en een verontrustend laag vruchtbaarheidscijfer.
Dit probleem beperkt zich echter niet tot Roemenië of Oost-Europa; het raakt de hele EU. Met behulp van het cohesiebeleid en EU-fondsen kunnen we het tij keren. Hoe? Door strategieën uit te voeren om het leven aantrekkelijker te maken, zowel in de steden als op het platteland.
We moeten de levenskwaliteit verbeteren in de regio's die met ontvolking te kampen hebben, door jongeren de kans te geven zich te vestigen en een gezin te stichten, en oudere generaties de kans te geven te blijven door hen geschikte faciliteiten te bieden.
De tweede factor is mobiliteit en vrij verkeer. Te veel Europeanen kunnen het zich niet veroorloven om te profiteren van een van de grootste sterke punten van de EU: de mogelijkheid om te reizen, vooral binnen de EU. Anderen kunnen het zich niet veroorloven om van hun huis naar de stad te pendelen waar de arbeidsmarkt kansen biedt om één simpele reden - gebrek aan infrastructuur. Daarom worden ze gedwongen hun steden en dorpen te verlaten, wat in grote mate bijdraagt aan de ontvolking.
De derde factor versterkt de tweede: de grote kloof tussen landelijke en stedelijke gebieden. Jongeren worden vaak niet gestimuleerd om in de landbouwsector te werken. Vooral in Oost-Europa verlaten ze de dorpen en trekken ze naar de grote steden op zoek naar persoonlijke en professionele voldoening.
De vierde factor is de vergrijzing van de bevolking, waardoor de socialezekerheidsstelsels onder druk komen te staan, vooral voor mensen met lage inkomens die minder bijdragen aan pensioenregelingen. Dit kan leiden tot armoede onder ouderen en hun uitsluiting van het sociale leven.
Levenskwaliteit gaat veel verder dan een adequate beloning. Het cohesiebeleid van de EU kan ons leven verbeteren op veel gebieden zoals bouw, vervoer, energie, digitale en sociale infrastructuur. Neem bijvoorbeeld kleuterscholen. Er zijn er voldoende in Oost-Europa, ook in mijn land, Roemenië. Het blijft echter een grote uitdaging, vooral voor werkende vrouwen in delen van West-Europa, om geschikte kinderopvang te vinden.
Digitale technologieën kunnen ook helpen om de kloof tussen dorp en stad te dichten en zo de ontvolking tegen te gaan. Het zogenaamde Smart Village-initiatief kan helpen bij de aanleg van breedbandinternetinfrastructuur en 5G-connectiviteit. De Covid-19 pandemie liet zien hoeveel jonge professionals, niet alleen IT-specialisten, ervoor kozen om op het platteland te gaan wonen waar ze hun taken online kunnen uitvoeren. De afgelopen vier jaar hebben laten zien hoeveel mensen de voorkeur geven aan een leven ver weg van grote steden als Boekarest, Frankfurt of Barcelona, op voorwaarde dat ze daar de digitale infrastructuur voor hebben.
Wij, de Socialisten en Democraten, zijn van mening dat lokale overheden zich terdege bewust zijn van de specifieke behoeften van hun lokale gemeenschappen. Daarom willen wij meer flexibiliteit binnen de structuur- en investeringsfondsen van de EU, zodat lidstaten, regio's en lokale autoriteiten hun prioriteiten kunnen bepalen in door de EU medegefinancierde programma's.
Bovendien moeten de verschillende financiële instrumenten van de EU beter worden gecoördineerd en moeten ze beter op elkaar worden afgestemd, zodat ze zo goed mogelijk aansluiten op de specifieke behoeften van lokale en regionale gemeenschappen. Dit geldt niet alleen voor de structuur- en investeringsfondsen van de EU, maar ook voor het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling; Horizon Europe - het belangrijkste financieringsprogramma van de EU voor onderzoek en innovatie; de Herstel- en veerkrachtfaciliteit - het vlaggenschipinitiatief van de EU om de economische en sociale gevolgen van Covid-19 te verzachten.
Daarnaast is er de Connecting Europe Facility, die in 2014 is opgericht voor infrastructuurinvesteringen in vervoer-, energie-, digitale en telecommunicatieprojecten in de hele Unie. De faciliteit werkt met subsidies, financiële garanties en projectobligaties.
Tot slot, maar zeker niet in de laatste plaats, financiert het programma voor Europese territoriale samenwerking (Interreg) grensoverschrijdende transnationale en interregionale activiteiten, ook in de ultraperifere regio's van de EU.
Dit zijn niet zomaar namen, maar kansen voor onze lidstaten en hun subnationale entiteiten om het probleem van een negatieve demografische trend aan te pakken. Als we het gebruik van de financiële middelen van de EU coördineren en combineren met slimme ideeën, kunnen we bevestigen dat de Europese Unie een succesverhaal blijft met een sociaal hart, met solidariteit als een van haar kernwaarden. Hiervoor moeten we er wel voor zorgen dat het cohesiebeleid van de EU na 2027 financieel robuust blijft.